Toen we onze borst nat maakten
werden we verblind
door neonlicht in het duister.
We zijn geen katten.
Bovendien sloeg het neonlicht
zwaar uit naar het sneeuwwit.
Als iemand onder ons
viel onder de lichtblindheid,
viel die niet op zijn poten.
We hebben hem op de been gebracht.
We zijn gedoemd
maar vertikken het
te zwijgen al schrijven we
geen kwaad woord
over anderman.