Nu dan

 

  1. Het land draagt mede

het water naar zee.

Vraag het de wind.

Of Emile in Sint-Amands.

 

Als het water zich

tegen het land keert,

vloedlijnen trekt,

houdt de wind de adem in.

 

Een evenwicht waar, wie weet,

ooit een einde aan komt.

Het land zet zich schrap,

raakt overspoeld.

 

 

  1. De wind draagt het vuur

voor zich uit.

 

Stenen rollen overhoop

ze zuchten.

Nu dan de Apocalyps.

 

Apentrots valt nu dan

lachend van de rots.

 

 

  1. Waar het water

van bil gaat,

landinwaarts,

schreeuwt juichend de wind.

 

Wolken spreiden zich.

 

Na afloop zucht de wind.

 

sterke wind.jpgvloedlijn.jpgeen zuchtje wind.jpg