Aan de kim de zon
of de maan.
Een licht valt schuin
over heuvel en dal.
.
De klim kan dra beginnen.
.
Nog te vroeg voor koelte,
is het nog volop zweten geblazen.
Geen nood, het parelt.
.
De zon zakt weg,
we zijn van de maan
te gek en zweten niet langer.
.
We zingen, gloren van de voren.
