Lichtend pad

Het zal nooit meer zijn

als de eerste keer.

Onbevangen lieten we ons

van kop tot staart vangen.

 

We koesterden onze ketens.

In de verste verte doemde op

het paradijs. Met beide voeten

stonden we vast in ijs.

 

Pas toen het slijk werd

en de stank te harden

vonden we het hazenpad.

Het was moeilijk kiezen.