Ergens het land aan

Hard doorlopen, de horde nemen,

hopeloos in en uit de vernieling,

hardleers, volharden, volstorten.

.

We effenen het pad

Vereffenen het vaderland

Verleggen de boel

tot alles en iedereen

zoek is en zoet en ziek

.

Het hoeft geen betoog

Krijgt wel een betoging

Wie zich vastkleeft

op een ander, maakt plaats

voor lieve vaderlander

of stugge vliedlaagbander

.

In de volharding voltooit zich het genie