Na heel even sterft uit zich het geluid
af en laadt de stilte vol, wacht in ketens.
Nog ligt een steen voor de opening gerold.
Het doet er veel toe en het licht
ligt eraan of fakkels of kaarsen
het dragen. Elders, veraf, ligt
het harnas. Niet alleen rust roest.
Voor de gil klinkt gegrom
onder twee ogen. Gewijd
aan wat de kracht draagt,
ontvangt wie het verdient en
sluit zich in alle stilte in.