Met een lage slag gelijk aan de grond
vielen daaruit omhoog cirkel, vis en boom.
De cirkel werd een ei
kreeg een vogel.
De vis kreeg vleugels
werd een vogel.
De boom kreeg takken,
hoestte even en liet
de vogels erin plaatsnemen.
Toen liep ik verder,
voelde de sleutels op zak,
schaamde me rood.